Masterclass vliegbinden met Marc Petitjean
Tekst : Elie Beerten
foto’s : Patrick Daniels en Dominic De bruyn
Na de workshops die de FVV de voorbije jaren georganiseerd heeft voor de werpinstructeurs van de aangesloten clubs was het hoog tijd om iets te doen voor de vliegbindinstructeurs.
Op zaterdag 19 maart organiseerde de FVV een eerste doorgedreven workshop onder leiding van Marc Petitjean in het auditorium van het Maascentrum ‘De Wissen’. Het was een unieke gelegenheid voor een 40-tal vliegbindinstructeurs van de bij FVV aangesloten clubs om nader kennis te maken met CDC in al zijn vormen en mogelijkheden aan de hand van verschillende bindtechnieken.
De dag werd opgedeeld in een 5-tal sessies van telkens een uur. Alle technieken werden in close-up gefilmd en achter Marc Petitjean op een groot scherm geprojecteerd zodat geen enkel detail kon verloren gaan. Tijdens de binddemonstraties was het muisstil. Alle soorten van vliegen kwamen aan bod en na elke sessie nam Marc Petitjean ruimschoots de tijd om bijkomende vragen te beantwoorden. De meer complexe handelingen werden opnieuw geanalyseerd en voorzien van extra uitleg.
De Sessies :
Eerste sessie : de geschiedenis van de ‘Cul de Canard’ –vliegen en hun ontwerpers. Het verhaal van CDC vangt aan begin 1920 in Vallorbe, aan de Zwitserse oevers van de Doubs, met Charles Bickel en Maximilien Joset. Aan de hand van verschillende bindtechnieken van vliegen grasduint Marc Petitjean verder naar meer recentere tijden. Patterns van Jean-Paul Pequenot, Louis Veya, Henri Bresson en Aimé Devaux komen uitgebreid aan bod. Bij de “F”-vlieg Marjan Fratnik en de CDC-hackle-techniek van Gerhard Laible wordt wat langer stilgestaan.
Tweede sessie : de eerste serie CDC-vliegen die Marc Petitjean ontwikkelde. Deze patronen vormen de basis van de uitgebreide MP-collectie en zijn nog steeds zijn ‘bestsellers’. Wanneer je Marc Petitjean enkele voorbeelden uit deze reeks ziet binden lijkt het allemaal zó eenvoudig, maar vlug wordt het duidelijk dat de techniek die er achter schuil gaat toch heel wat meer oefening vergt dan we denken. Eerst bindt hij de vlieg voor op het tempo dat hij normaal hanteert. Daarna bindt hij dezelfde vlieg een tweede maal, maar nu stap voor stap met de nodige uitleg, de trucs en de valkuilen die je moet proberen te vermijden.
Vanaf de derde sessie komt de ‘Magic Tool’ op de proppen evenals het splitsen van de binddraad. Hier worden, opnieuw aan de hand van verschillende patronen, de mogelijkheden en het gebruik van dit hulpmiddeltje grondig uitgelegd. Tot onze verbazing zien we dat het gebruik van CDC zich niet enkel hoeft te beperken tot droge vliegen. Onderwater-imitaties en verzwaarde nimfen krijgen extra beweeglijkheid wanneer ze worden gebonden met CDC. In de vierde sessie leren we dat de ‘Magic Tool’ voor veel meer dan alleen maar CDC-vliegen kan gebruikt worden. Het mixen van verschillende soorten van dubbingmaterialen, hackles en tinsels wordt plots heel eenvoudig.
De vijfde en laatste sessie gaat over het binden met de ‘Magic Head’ en de verschillende toepassingen hierop. Dit laatste luik wordt afgesloten met achtergrondinformatie over het design van zijn verschillende producten en hoe hij op deze ideeën gekomen is.
Dat het gebruik van CDC in kunstvliegen zich vanaf eind jaren tachtig verspreid heeft over de hele wereld is voor een groot deel te danken aan Marc Petitjean. De eerste serie van vliegen die hij commercieel op de markt bracht oogden niet alleen goed; het bleken stuk voor stuk vangers te zijn. De ‘moeilijke’ vissen waren plots terug vangbaar.
Alle deelnemers aan deze instructiedag waren het er unaniem over eens dat ze een fantastische dag beleefd hadden. Bovendien verstaat MARC Petitjean de kunst om ten gepaste tijde de nodige humor in te lassen zodat zijn uiteenzetting geen saaie bedoening is. In het najaar gaat de FVV een vervolg te breien aan dit type van workshop met een andere grootmeester op vliegbindgebied.